vrijdag 19 september 2008

De handelsgeest van boekengrossier Han H. (1)

Legenden
Han H. deed al geruime tijd in boeken toen ik, eerst zijdelings bij het vak betrokken raakte omdat ik nog naar het gymasium ging en mijn daadwerkelijke betrokkenheid vooralsnog beperkt moest blijven tot zaterdagmiddagen, schoolvakanties en bijzondere omstandigheden. Maar toen ik eenmaal in het circuit was opgenomen, kwam er steeds meer van en over Han H. los. Hij was een wonderlijk heerschap met diverse verrassende optredens, maar het waren vooral zijn, soms al te pijnlijke, fantasterijen die hem het odium van onbetrouwbaarheid hadden verschaft, en dat kon eigenlijk alleen maar doordat hij zelf in het eenmaal gefabuleerde was gaan geloven.
In de oorlogsjaren woonde Han in de hoofdstad van ons land. In zijn huis was nauwelijks ruimte voor iets anders dan zijn handel: zelfs in de badkuip waren de boeken torenhoog opgestapeld.
Op een dag ontmoette een collega deze Han middenop de Dam. Hij zag al snel dat Han de tranen niet kon bedwingen. Daarom stelde de man al snel de vraag:
"Han, wat is er wel aan de hand?"
Met de nodige moeite antwoordde Han met omfloerste stem:
"De Sicherheitsdienst heeft mijn complete handel in beslag genomen omdat ik drie verboden boekjes had. Maar drie, en toch ben ik alles kwijt.
"Maar Han, je kunt toch opnieuw beginnen!"
"Nee," sprak Han, "daar ben ik nu te oud voor geworden."
Han was toen 28 jaar.

Werkelijkheid
Het zal voor menigeen die het verhaal in die tijd hoorde, vast wel aannemelijk hebben geklonken. Verboden boekjes? Dan viel er met de laarzen dreunende Mofrikanen niet te spotten. Doch de werkelijkheid lag — zoals dat heel dikwijls het geval was als Han op het toneel verscheen — wel even anders.
Mede op grond van vaak herhaalde klachten van Hans echtgenote die niet eens meer een bad kon nemen, had Han op een dag het koene besluit genomen zijn hele handel aan de beste en best biedende onder de toenmalige boekhandelaren te verkopen. Die handelaar heeft Han H. daar toen een smak geld voor betaald. Er werd door sommigen die het voor een deel hadden meegemaakt, hardnekkig vastgehouden aan de somma van dertig duizend gulden, maar we mogen, gelet op de periode, aannemen dat het er drieduizend zijn geweest. Kortom: een boel geld.
Han incasseerde dat contant en vertrok ermee naar zijn stamkroeg. Een cirkelend gebaar van zijn rechterhand in de richting van de waard gaf aan dat het vanaf dat moment voor alle aanwezigen vrij drinken werd. De deur van het café ging dan op slot, opdat men verder onder elkaar zou zijn. Goed twee etmalen is de meute in dat café niet alleen figuurlijk doorgezakt, maar op de derde ochtend in de vroegte moest een in alle lichaamsdelen onvaste Han nog wel even met de waard afrekenen. Zelfs dat ging niet meer zoals het had moeten gebeuren, en volgens ooggetuigen hebben diverse anderen flink geholpen met het oprapen van de stapel papiergeld die Han uit handen was gevallen. En zo heeft niet alleen de waard van Hans gelukkige handelshand van een paar dagen tevoren geprofiteerd, doch toen Han richting huis liep, had hij er zelf geen cent meer van over. En daar kon de Sicherheitsdienst, zonder dat deze daar weet van had, een Han ondersteunende rol spelen.

Geen opmerkingen: